Interview met een datamonteur
Bij wat voor bedrijf werkt u? Wat doet dit bedrijf?
Ik werk bij een bedrijf dat datanetwerken aanlegt in kantoren, bedrijfspanden en datacentra door het hele land (en soms in het buitenland). Denk bijvoorbeeld aan telefoonnetwerken.
Wat voor werk doet u precies?
Meestal werk ik van 7.00 tot 16.00 uur. ’s Ochtends vertrek ik naar de klant. Samen met collega’s leg ik daar de databekabeling aan. Dat houdt in dat we kabels trekken en eventueel de kabelgoten of -buizen waar de kabels in moeten aanleggen. Ook moeten we alles afmonteren en testen of het netwerk goed werkt. Daar maken we dan ook een meetrapport bij. Verder worden we ingezet bij storingen bij klanten. Aan ons de taak om de storingen op te lossen.
Hoe bent u bij dit beroep terecht gekomen?
Mijn vorige werk had geen toekomst meer voor mij. Toen ben ik gaan solliciteren en hier terecht gekomen. 34 jaar geleden is dat alweer!
Wat is het mooiste aan uw werk?
Het is fijn als een project weer foutloos is afgerond. Binnen de tijd!
Wat vindt u zelf het minst leuk aan uw werk?
Soms wordt er extra personeel ingehuurd. Het is vervelend als dit personeel niet zo gemotiveerd is. Verder zie ik mijn werk altijd weer als een gezonde uitdaging.
Wat voor type mens moet je zijn om dit beroep goed te kunnen doen?
Je moet rustig zijn en goed luisteren. Ook moet je een technische tekening kunnen lezen. En je moet zeker een beetje handig zijn voor dit werk!
Wat is de meest voorkomende misvatting over uw werk?
Veel mensen denken dat dit werk makkelijk is. Totdat ze het zelf moeten doen...
Op welke manieren kan je in dit beroep nog bijleren, specialiseren of verder groeien?
Soms komt er een nieuw bekabelingssysteem op de markt. Je kunt dan een dagcursus volgen om hiermee te leren werken.
Hoe ziet u zelf de toekomst van uw beroep voor zich?
De toekomst zal wel iets veranderen. Glasvezel wordt steeds populairder.
Wat zou u verder nog willen zeggen tegen scholieren die later dit werk willen doen?
Elk project is een uitdaging. Maar als je je goed opstelt, kom je er wel uit! Wees trouwens ook niet bang om vuil te worden.